Koraalkust en regenwoud

Na het warme binnenland komen we aan in Cairns, na een vlucht van 2 uur. Het tijdsverschil met Nederland is nu 8 uur: Australië is 8 uur verder. We zitten nu weer dichter bij de zee, de Great Barrier Reef. Dit deel is wereldberoemd vanwege de koraalriffen die hier overal te vinden zijn. We zitten in een prachtig park, Kewarra beach resort, in een mooie houten bungalow met veranda in een grote weelderige tropische tuin. Honderd meter lopen en je bent bij de zee met mooi zandstrand en wuivende palmbomen. Vijf meter van ons huisje is een prachtig, op een natuurlijke wijze aangelegd zwembad met 2 niveaus en een waterval ertussen. Ik heb het zowat in mijn eentje tot mijn beschikking.
We maken een zeiltocht naar een van de Low Isles, onderdeel van het Great barrier reef. Het zijn beschermde koraaleilanden met witte zandstranden en kokospalmen met rondom schitterende koraalbanken waar het wemelt van kleurrijke tropische vissen en schildpadden. Dus snorkelen is een absolute must. Geweldig, je loopt een paar meter de zee in, draait je op je buik en een totaal andere wereld opent zich voor je: zo mooi, al die verschillende koralen in de prachtigste kleuren en vormen en de vissen die overal rondom zwemmen. Ik heb alle tijd benut die er was en dat heb ik geweten: rug en de achterkant van mijn benen zijn aardig gekleurd!
En wat zien we veel dieren op deze reis: van wallabie tot cassowary, van wombat tot emu. Maar daarover een andere keer meer.
Als je verder naar boven rijdt ga je steeds meer het tropisch regenwoud in. Het aparte is dat regenwoud en zee elkaar hier praktisch raken, op sommige plekken zit er maar 10 meter tussen.
Om het Daintree national park te bereiken moeten we met de ferry de Daintree River oversteken. We doen dat op eigen risico, staat er op het ticket. Dat klinkt knap gevaarlijk zo ver van huis, maar het valt mee hoor: qua beleving kon het de pont in Cuijk zijn. De regenwouden zijn prachtig (het zijn de oudste ter wereld) en heel gemakkelijk te bezichtigen: op diverse plaatsen zijn boardwalks aangelegd: houten wandelplatforms die langs de mooiste plekjes leiden: kokospalmen, parasolpalmen, lianen, parasieten, moerassen, mangroven, bomen met eetbare en giftige vruchten. Goed gedaan door de Australiërs, op deze manier is de natuur toegankelijk en blijft het geheel behouden.
Als we nu nog een paar honderd kilometer noordwaarts zouden rijden (wat we niet doen) komen we in het meest noordelijke puntje van Australië; zouden we daar de zee over steken dan komen we aan in Papoea-Nieuw-Guinea. Dan weer verderop naar links ligt Ambon en nog verder naar links Indonesië. Zo, heb ik mijn aardrijkskundige kennis ook weer opgehaald.
En dan nog iets over de cyclonen; ze komen hier regelmatig voor: in Australië draaien ze rechtsom, met de klok mee, terwijl ze in de USA linksom draaien. Het schijnt te maken te hebben met de manier waarop de aarde om zijn as draait.